Massa:
De hoeveelheid stof in gram.
Alles rond om ons heen bestaat uit een bepaald materiaal (stof)
De hoeveelheid stof kunnen we wegen met een balans en drukken we uit in gram (g) of kilogram (kg)
Volume / inhoud:
De ruimte die het voorwerp inneemt.
Volume gebruiken we vaak bij vaste voorwerpen.
Inhoud wordt gebruikt bij vloeistoffen en gassen.
Metriekstelcel
een letter waarmee we grote en kleine getallen makkelijker kunnen opschrijven.
Kan = Kilometer (km) x1000
Het = Hectometer (hm) x100
Dametje = Decameter (dam) x10
Met = Meter (m) x 1
De = Decimeter (dm) x0,1
Centimeter = Centimeter (cm) x0,001
Meten = Millimeter (mm) x 0,001